Wat is nu precies een freinetschool denken jullie waarschijnlijk. Wel ik zal het jullie uitleggen.
Het is een zorgzame en coöperatieve school.
--> Zorgzaam in het omgaan met de kinderen.
--> Werkt met de freinettechnieken
* De kring ("Praatronde")
* Vrij tekenen (beeldend bezig zijn)
* Vrije tekst
* Dag- en weekplanning
* Forum ('Presentatietechnieken')
Wat doen ze zoal?
* Er is ook een mascotte, namelijk Max de muis.
* Ze laten een stukje muziek spelen i.p.v. een bel wanneer de speeltijd begint en eindigt.
* 2 keer op een jaar hebben ze ook een kindercontact, d.w.z. dat de leerkracht individueel met de leerlingen praat.
* Om de twee weken komt er iemand om met de leerlingen van het lager te schaken.
* De school toont interesse voor jou, je kan je verhaal vertellen, de directie kan ook alle leerlingen bij naam noemen.
* In het lager blijven ze in groepjes werken zoals in het kleuter.
* Bereid zijn om risico's te nemen.
Iedereen heeft hun eigen persoonlijkheid, hun eigen wil, hun eigen plannen en dromen.
Bv: Er was iemand van het lager dat enorm graag vulkanen zag. Hij mocht naar de kleuterklas gaan en erover praten. (Droom: vulkanen)
* De rapporten zijn met kleur, je hebt vijf soorten rapporten.
--> De eerste drie:
groen
--> 4e rapport:
oranje
--> 5e rapport:
rood
Voor meer informatie, klik gerust op deze link:
http://www.reuzenhuis.be/
Hij vertelde eerst over een kabouter, daarna moesten we het liedje van kabouter Pinnemuts zingen. Hierna deden we een wandeling, wanneer we een paddenstoel zagen moesten we ernaar toelopen.
1. Daar zagen we al de eerste paddenstoel. De gids vertelde een stukje verhaal verder over de kabouter. Hierna verdeelde hij ons in twee groepen en moesten we een puzzel van een paddenstoel maken. Wanneer we dit hadden gedaan legde hij uit hoe de paddenstoel in elkaar zit. Boven (hoed), steel, beurs (onder) en een ring.
2. Hij vertelde het verhaal verder. Hij vroeg wie de boswachter wou zijn, hij gaf een zak aan die persoon en als je tijdens de wandeling iets ziet dat niet thuishoort in het bos moet je het in die zak gooien.
3. Hier vertelde hij het verhaal verder. Daarna moesten we op zoek naar zwamdraden (witte draden) onder herfstbladeren of dode takken.
4. Het verhaal van kabouter Pinnemuts vertelde hij verder. Daar moesten we een paddenstoel zoeken waarvan gegeten is door de dieren.
5. Hier gaf de gids uitleg over het verschil tussen kikkers en padden. Hij vertelde raadseltjes over paddenstoelen. Zoals: Uit mijn hoed vloeit er inkt, ik ben een...
6. Hij vertelde het verhaal verder. Daarna gaf hij ons een opdracht, we kregen een spiegel per 5. Met dit spiegeltje moesten we onder de hoed van een paddenstoel gaan kijken. Wanneer dit gedaan was, moesten we naar ieder spiegeltje gaan kijken zodat we de verschillen zagen.
7. Het verhaal van de kabouter ging verder. De gids vertelde over de stinkzwam en de houtskoolzwam. Hij gaf een stukje houtskoolzwam door, zodat iedereen er eens aan kon voelen en ruiken.
8. Hier vertelde hij over het elvenbankje. Daarna gaf hij een elvenbankje door zodat iedereen er eens aan kon voelen en ruiken.
9. Hij gaf ons kleurenkaartjes in verschillende tinten. Daarna gingen we op zoek naar paddenstoelen met dezelfde tint als de kleurenkaartjes. Om de kleuren te vergelijken houden we het kaartje boven de paddenstoel en kijken door het gaatje.
10. We kwamen al aan aan de laatste padddenstoel. Hier maakten we speeltuigen voor kabouter Pinnenmuts en zijn vrienden met natuurlijk materiaal (takjes, vruchten, bladeren, …)
